Het stond al even op mijn bucketlist: naar Kakuma, het beruchte vluchtelingenkamp in Noord-Kenia, dichtbij de grens met Zuid-Soedan. Ik wilde het kamp graag met eigen ogen zien: het stof proeven, voelen hoe heet het daar is, de eindeloze woestijnvlakte, prikkeldraadversperringen. En ik wilde vooral de mensen zien die daar leven, me laten raken.
Kakuma is er al sinds 1991. In feite zijn het 6 grote kampen die samen zo’n 180.000 vluchtelingen herbergen.
Het was 16 januari jl., de directeur van Jesuit Refugee Services (JRS) in Kenia had voor ons tickets geboekt met een vlucht van de VN. Het vliegtuig van UNHCR bracht ons in het kamp, zodat we in een dag een zinvol bezoek konden afleggen. Anderhalf uur vliegen over 600 km.
Gebakken eieren
We werden ontvangen door Norbert, de programmadirecteur van JRS, het was nog vroeg dus nog niet zo heet. In het sobere kantoortje kregen we eerst een ontbijt van brood met gebakken eieren en thee. Norbert legde uit dat JRS al sinds 1992 actief is in vluchtelingenkamp Kakuma. Inmiddels zijn er vele NGO’s actief, ieder heeft de verantwoordelijkheid over een deelgebied. JRS zorgt voor educatie, daar staan de Jezuïeten bekend om.
In Kakuma heeft JRS 4 programma’s: Protection, Psychosocial, Special Needs en Education. Ze zorgen vooral voor de zwakkeren onder de vluchtelingen. We bezochten een schooltje voor zwakbegaafde kinderen met hun moeders.
We bespraken hoe we zouden kunnen samenwerken, door afgestudeerde jongeren een online baan te bieden als consultant voor Africolt.
Mijn belangstelling ging speciaal uit naar Education: het bleek dat JRS in samenwerking met Jesuit Worldwide Learning (JWL) een universitair programma heeft waar sinds kort de eerste 28 bachelorstudenten hun grade hebben behaald.
We bespraken hoe we zouden kunnen samenwerken, door afgestudeerde jongeren een online baan te bieden als consultant voor Africolt.
Versterkt in mijn missie
De mensen die uit Soedan, Congo, Ethiopië of Somalië zijn gevlucht moeten soms decennia lang in Kakuma blijven. Ik niet, ik vloog dezelfde dag weer terug naar Nairobi, wat een hemel op aarde lijkt in vergelijking tot Kakuma. Maar versterkt in mijn missie: het leven van op zijn minst een aantal van de vluchtelingen daar dragelijker te maken. Uitzicht op zinvol werk en inkomen. Ik zie nog tal van problemen en uitdagingen, maar lang niet zo onoverkomelijk als die van mijn medemensen daar.
Ik ben diep dankbaar dat ik in Kakuma ben geweest, en weer terug ben om iets goeds in gang te zetten.
Als mensen zijn we op aarde om de wereld een beetje mooier, beter te maken. Zelf zet ik mijn talent en vakkennis in over hoe nieuwe technologie een positieve bijdrage kan leveren aan een betere wereld. Ik ben benieuwd waar jij je door laat raken en hoe je daar wat mee doet. Reageer gerust en neem contact met mij op!